Etappe 4 Waterliniepad

We starten deze etappe in Velserbroek en wandelen o.a. via Spaarndam en Vijfhuizen richting Hoofddorp. Onderweg passeren we ook nog het terrein waarin 2002 de Floriade werd gehouden.

We pakken de route weer op en wandelen verder over de Linie richting Fort Benoorden Spaarndam.

Op de muur van het Gemaal De Dammers zien we het wapen van het waterschap Groot-Haarlemmermeer. Het wapen verkeerd in een niet zo’n beste staat.

Het wapen is gedeeld, het bovenste deel is van zilver en toont een rood 19e-eeuws (stoom)gemaal, met uit de schoorsteen zwarte rook, staande op een groene ondergrond. Op het gemaal een gouden W en I. Hieronder een golvend gedwarsbalkt deel met twee zilveren en twee blauwe dwarsbalken.

Fort Benoorden Spaarndam

Fort benoorden Spaarndam vormde samen met Fort bezuiden Spaarndam, de Wal bewesten Spaarndam en de Voorstelling bij Spaarndam de Positie bij Spaarndam.Het verdedigbaar aardwerk van Fort benoorden Spaarndam kwam in 1895 gereed , het bomvrije gebouw in 1901. Dit fort bevindt zich nog in de staat zoals het in 1950 verlaten is. Een zoeklichtremise met steltafel en aggregaatplaats uit 1918 zijn nog aanwezig. Achter het fort bevinden zich damsluisjes met sleuven, waarin de afsluitbalken werden neergelaten. Vanuit het Zijkanaal B werd het inundatiewater in de polders tussen het fort en het Noordzeekanaal ingelaten. Vanaf de losplaats aan Zijkanaal B liep naar het fort een smalspoorbaan, waarvan restanten nog zichtbaar zijn. De rails zijn van na 1945, toen het fort diende voor opslag van munitie. Aan de frontzijde van het fort is in de jaren vijftig een opslagplaats voor munitie aangelegd die door een bos aan het oog wordt onttrokken.

Oorspronkelijke functie Verdediging van de Slaperdijk met de Westlaan. Samen met Fort bezuiden Spaarndam, waarmee het via een verdedigingswal is verbonden, vormde het de Positie Spaarndam. Deze diende ter verdediging van de in het gelijknamige dorp gelegen sluizen. 

We wandelen verder over de Redoute lang de Liniewal richting Spaarndam.

Nevenbatterij.

Kleine Haarlemmersluis. 18e eeuwse sluis, gedempt na de aanleg van de grote sluis in 1898. 

In 1517 werd besloten om voor rekening van de stad een nieuwe kleine schutsluis in Spaarndam aan te leggen. Deze Kleine Haarlemmersluis kwam gereed in 1519. Hij bleef in gebruik tot 1897 toen de nieuwe grotere Grote Sluis de functie overnam.

de Vroegte Wint.

’s Morgens kan men meestal het meeste werk verrichten

In 1627 werd de huidige kerk gebouwd met financiële steun van dorpen en steden van Holland en de Staten van Holland. Het gebouw bleek al snel te klein en in 1663 volgde een vergroting door middel van een noorderdwarsarm.

Visserseindebrug met uitwateringsluis

Uitwateringsluis gebouwd in 1843 in de Spaarndammerdijk. De sluis vormt de verbinding tussen het Boezemkanaal en het IJ. De sluis heeft twee doorstroomopeningen die af te sluiten zijn met houten puntdeuren. De houten deuren kunnen vanaf beiden kanten van de sluis hoogwater tegenhouden, oftewel keren.

Fort bezuiden Spaarndam

Dit relatief kleine fort ligt op de plek van een vorig verdedigingswerk uit het begin van de negentiende eeuw, oorspronkelijk bedoeld om Amsterdam te verdedigen. Het fort is aangelegd in de periode 1882-1903. In 1884 werden de aardwerken aangelegd en de fortgracht gegraven. In 1901 was het fort gereed met de voltooiing van het bomvrije gebouw. Fort bezuiden Spaarndam was net als Fort benoorden Spaarndam, een van de eerste forten gebouwd van ongewapend betoncement. 

Boezemgemaal Spaarndam.

Het Boezemgemaal Spaarndam is een in 1844 gebouwd boezemgemaal met schepraderen ten behoeve van de Rijnlandse boezem. Het water wordt vanaf het Noorder Buiten Spaarne en de Mooie Nel, via een boezemkanaal  uitgeslagen op het IJ. Het stoomgemaal werd ook als strategisch  inundatiestation voor de Positie bij Spaarndam opgezet waarbij het gemaal de mogelijkheid kreeg de Spaarndammerpolder onder water te zetten. In 1936 werden de stoommachines vervangen door dieselmotoren, maar de houten schepraderen bleven.

Zicht op “mooie Nel”.

Oorspronkelijk stond dit meer bekend als ‘Mooien Hel’, maar deze naam verbasterde in de loop der tijd tot Mooie Nel. Mooi is ze zeker, want vissers, zeilers en andere watersporters genieten hier volop. De Mooie Nel gaat over in de Liede, een oud veenriviertje dat ooit het Spaarne verbond met het Haarlemmermeer.

Spaarndam

Dit dorp is ontstaan rondom een dam op de plek waar de rivier het Spaarne overging in het IJ, aangelegd door Graaf Floris V van Holland in 1285. De Kolksluis (1280) is de oudste, nog werkende, sluis van Europa. In 1569 verrees ten oosten van de Kolksluis de Grote Sluis, deze maakte de doorgang van grotere schepen mogelijk. Het wapen op foto tussen de muurspreuken is het wapen het hoogheemraadschap Rijnland. Meer weten over de geschiedenis van Spaarndam, klik dan hier.

Hans Brinker in Spaarndam.

In het boek Hans Brinker, or the Silver Skates ‘van de Amerikaanse schrijfster Mary Mapes Dodge (1865) speelt de familie Brinker uit Broek en Waterland een belangrijke rol. Dat geldt met name voor hun zoon Hans en dochter Gretel. Een terloops voorgelezen verhaal in het boek vertelt over de Haarlemse jongen Peter, zoon van een sluiswachter, die zijn vinger in een lek van de dijk steekt. In de volksmond is hij door de jaren heen echter als Hans Brinker bekend geworden. Omdat er voor toeristen niets te zien was in de streek waar het verhaal zich afspeelde, werd in 1950 in Spaarndam aan de IJdijk een beeld geplaatst van een jongetje met zijn vinger in een dijk.

Woerdersluis.

De Woerdersluis is een voormalige spuisluis. De Woerdersluis is overwelfd en werd gebouwd in 1611 in hardsteen. De Woerdersluis verving de oorspronkelijke drie houten sluisjes, waarvan er een in 1364 al vervallen was. In 1611 werd een overeenkomst gesloten met het Hoogheemraadschap van Rijnland. Hierin was bepaald dat het Groot-Waterschap van Woerden mocht lozen op de boezem van Rijnland, mits Woerden eenzelfde capaciteit om te spuien naar het IJ zou realiseren. Ook het onderhoud werd een verplichting van het Groot-Waterschap van Woerden. Dat dit waterschap Woerden er soms aan die onderhoudsverplichting herinnerd moest worden, blijkt uit een document uit 1715.

Het Rijnlandshuis.

Dit dijkhuis werd in 1641 gebouwd als werkplaats, timmerschuur en opslagplaats voor het Hoogheemraadschap van Rijnland. Rechts ervan stond het eigenlijke gemeenlandshuis van Rijnland, dat omstreeks 1600 bekend stond als het Huis te Oosterwaal. Na 1728 werd dat huis geleidelijk gesloopt. In dit Rijnlandshuis woonden de opzichters van Rijnland zoals Nicolaas Cruquius en Christiaan Brunings jr. Juist daar, vlak bij de steeds bedreigde Spaarndammerdijk, de zwakste schakel in de zeewering, moest het hoogheemraadschap kunnen beschikken over de permanente aanwezigheid van materialen en werklieden die onmiddellijk ter plaatse waren, als de zeearm, het IJ, bij stormweer hoog opliep. Het luiklokje op het dak, met het jaartal 1524, diende om bij dreigend overstromingsgevaar het zogenaamde dijkleger op te roepen. Na de afsluiting van het IJ in 1872 en de aanleg van het Noordzeekanaal, in 1876, hoefde het klokje op het gemeenlandshuis niet meer te luiden. Er was geen directe dreiging van het water meer.

Het Fort bij Penningsveer is niet toegankelijk en vanaf de weg niet te zien.

Sint Jacobus de Meerdere

Sint-Jacobus de Meerdere was een visser in Galilea. Samen met zijn broer Johannes werd hij door Jezus geroepen Hem na te volgen. Hij was de eerste apostel die de marteldood stierf. Zijn beenderen zouden begraven liggen in Santiago de Compostella. De kerk van St. Jacobus de Meerdere te Haarlemmerliede is een z.g. “waterstaatskerk”, waarvan de eerste steen werd gelegd in 1837.

Fort bij de Liebrug

Fort bij de Liebrug ligt aan de spoorlijn Haarlem-Amsterdam, de oudste spoorverbinding van ons land.

Fort bij de Liebrug werd in 1899 voltooid. Aangezien de belangrijkste verdedigingstaken werden uitgevoerd door de forten bij Penningsveer en aan de Liede, kon hier met een kleiner verdedigingswerk worden volstaan. Samen vormden de drie forten de Positie bij de Liede. De Liede vloeit ook samen met de fortgracht van Fort bij de Liebrug. In tegenstelling tot veel andere forten verschillen de keelkazematten hier in grootte. De rechter keelkazemat is klein en diende alleen voor de nabijverdediging. De linker keelkazemat was wel van groot belang voor de verdediging van het gebied tot aan de Fuikvaart.
Tussen dit fort en Fort aan de Liede ligt een restant van een liniewal met daarin een nevenbatterij en scherfvrije onderkomens. De genieloods is nog aanwezig maar de fortwachterswoning is gesloopt. 

Oorspronkelijke functie Verdediging van het acces (begaanbare doorgang in een onderwaterzetting) gevormd door de spoorweg, trekvaart en weg tussen Amsterdam en Haarlem.

We wandelen verder langs de Buiten Liede en de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder richting Vijfhuizen.

Inundatiesluis

Inlaatduiker in de Vijfhuizerpolder. Deze inlaatduiker is begroot of gebouwd in 1898. 

Vijfhuizermolen

De Vijfhuizer Molen is een in 1874 gebouwde poldermolen aan de Vijfhuizen te Haarlem. De Vijfhuizer bemaalde de Vijfhuizerpolder.

Vijfhuizerbrug

De ophaalbrug is in 1931 gebouwd, grotendeels van hout.

Fort bij Vijfhuizen

Fort bij Vijfhuizen is gebaseerd op het ontwerp uit 1897 waarbij de hefkoepels een zelfstandige plek op de flankhoeken hadden. De bij de restauratie van het fort gereconstrueerde metalen genieloods is het enige bewaard gebleven exemplaar van dit type. In de nabij gelegen Geniedijk bevindt zich een nevenbatterij. Er is een dubbele gracht die door een nog aanwezige hevel van water uit de ringvaart werd voorzien. Op de droog blijvende strook werden in 1917-1919 twee vóórstellingen aangelegd, voorzien van betonnen onderkomens en mitrailleurblokken die nog aanwezig zijn.
Oorspronkelijke functie Verdediging van de ringvaart en dijk van de Haarlemmermeerpolder, alsmede de langs de westrand van deze polder droog blijvende terreinstrook. Fort bij Vijfhuizen is in 1897 ontworpen en is één van de eerste gebouwen in Nederland die van beton gebouwd is. Het gebruik van beton voor verdedigingswerken was noodzakelijk na de uitvinding van de ‘brisantgranaat’, die zo’n vernietigende kracht had dat metselwerk hier niet tegen bestand was.


Vanaf fort Vijfhuizen wandelen we verder langs de Liniewal richting Hoofddorp.

Nevenbatterij van Fort bij Vijfhuizen

Brug de Tulp

We wandelen weer verder. Nu tussendoor het terrein waar in 2002 de Floriade was.

Batterij aan de IJ-weg

De linie door de Haarlemmermeer is een van de markantste delen van de Stelling, bestaande uit de Geniedijk, drie forten, twee batterijen, drie nevenbatterijen, aarden geschutsopstellingen en drie damsluizen. De Batterij aan de IJ-weg uit 1906 diende als een soort tussenfort dat door de grote afstand tussen de forten bij Vijfhuizen en bij Hoofddorp – circa vijf km – noodzakelijk was om ondersteuningsvuur te kunnen geven aan de twee buurforten. Omdat een brede onderwaterzetting voor de batterij mogelijk was, behoefde het niet als sterk fort opgezet te worden. De batterij is tegenwoordig nauwelijks nog herkenbaar.

Fort bij Hoofddorp

De hoofdverdedigingslijn van de Stelling van Amsterdam in de Haarlemmermeerpolder wordt gevormd door de in 1891-1894 aangelegde Geniedijk. Het Fort bij Hoofddorp dateert uit 1904. Het fortterrein was relatief klein, waardoor men genoodzaakt was het gebouw met twee verdiepingen te ontwerpen. Daardoor verdween de fortgracht uit het zicht van de verdedigers. Om de fortgracht te kunnen verdedigen werd aan de frontzijde een caponnière toegevoegd, een lage uitbouw in de gracht. Vanuit de caponnière werd de fortgracht met mitrailleurvuur verdedigd. De gietstalen caponnière vormt een uniek element binnen de Stelling. De caponnière is door een gang (poterne) met het hoofdgebouw verbonden. Het fort ligt op een knik in de Geniedijk. Zo kon met één kazemat aan de achterzijde (keel) naar beide kanten flankerend vuur langs de Geniedijk worden gegeven.

Bomvrije damsluis in de hoofdvaart.

Tussen 1891 en 1895 aangelegde damsluis bij de Hoofdvaart, de belangrijkste transport- en bemalingskanaal van de polder. De sluis moest het water bij inundatie naar het zuiden keren waardoor de Hoofdvaart kon worden afgesloten.

Korenmolen “De Eersteling”

De naam van de molen werd ontleend aan het feit dat hij de eerste molen was die na het verkavelen en het in cultuur brengen van de Haarlemmermeerpolder werd gebouwd. In de loop der tijd zijn er nog 5 molens bijgekomen die echter door sloop en brand inmiddels zijn verdwenen.

We wandelen verder over de Liniedijk richting het eindpunt van deze etappe.

Batterij aan de de Sloterweg.

Ter hoogte van wat toen nog de Sloterweg in Hoofddorp was, is in 1906 een klein onbemand fort gebouwd, dat ‘De Batterij aan den Sloterweg’ werd genoemd.

Hiermee komen we aan het eind van een etappe waarin wel hele lange, niet zulke interessante, stukken zaten.

Velserbroek – Hoofddorp. Een wandeling van 22,9 km.