Etappe – 8
Deze etappe voert ons is van Nispen naar Moeren. Het Markiezaat van Bergen op Zoom gaat over in de Baronie van Breda.
De Baronie van Breda is een historisch land (rechtsgebied) rond de stad Breda, dat in bezit was van de heren van Breda. In 1339 werd de edelman Jan I van Polanen pandheer van Breda, samen met zijn zoon Jan II van Polanen. In 1350 verkocht Jan III van Brabant de heerlijkheid voor 43.000 florijnen aan Jan II van Polanen. Dit bezit was een hoge heerlijkheid, uit hoofde waarvan Jan II terstond lid werd van de hertogelijke raad en in de jaren daarna intensief betrokken was bij de Brabantse politiek. Zij vormde niet de enige, maar was vanaf de zestiende eeuw in formele zin wel de belangrijkste en bekendste baronie in de Nederlanden, zeker nadat de zuster-baronie Bergen op Zoom in 1533 tot een markgraafschap (markizaat) was verheven.

Vredeskapel Nispen

De Vredeskapel in Nispen is opgericht ter nagedachtenis aan 22 medeburgers die tijdens de bezettingsjaren door oorlogshandelingen zijn omgekomen. Met het gedenkteken wordt tevens stilgestaan bij de bevrijding.
Via de “Dondersteen” wandelen we verder richting het “Rad van Raeybergh”.

De straatnaam “Dondersteen” verwijst niet naar een meteoriet die hier uit de lucht zou gevallen zijn, zoals sommigen in Essen en Rucphen durven beweren. De “dondersteen” of “rossen grauwen kei” was een grenssteen die in 1566 voor het eerst genoemd wordt als een grenspunt tussen twee rechtsgebieden van de heer van Bergen op Zoom, namelijk Rucphen en Langendijk. De steen lag enkele honderden meter van het straatnaambordje vandaan in een klein dalletje in de heide. In 2014 werd hij bij werken aan een gaslijn per ongeluk van zijn oorspronkelijke ligplaats weggehaald en om te vermijden dat hij verloren zou gaan.
Kapel van de Grote Horendonk.

In de beginjaren van de 19de eeuw was Horendonk niet veel meer dan een verzameling van een twintigtal huizen. Voor hun zondagsmis moesten deze mensen naar Essen en het oversteken van het beekdal was in natte perioden niet altijd mogelijk. Daarom besloot Jan Goetstouwers in 1853 om samen met enkele buren deze kapel te bouwen in de wijk “Groten Horendonk”. Het verhaal gaat dat Jan bij het rooien van een heg op een kist met geldstukken stootte. Jan hield de schat voor iedereen geheim en dat werd het begin van een nachtmerrie. Elke nacht spookte het in en rond zijn boerderij. Rammelende kettingen, ijselijk gekrijs, rondsluipende schimmen, spoken die ’s nachts koeken bakten, muizen die door het vuur liepen, het was er allemaal en het hield Jan elke nacht uit zijn slaap. Tot Jan besloot om het geld te besteden aan de bouw van een kapel. Vanaf dat ogenblik hielden alle pesterijen op en kon Jan weer rustig slapen. Tot 1980 hing in de kapel ook een kruisweg, maar die werd door vandalen vernield.
Het rad van Raeybergh



In Essen en Kalmthout werden op zeker 2 plaatsen executies uitgevoerd. De belangrijkste en wellicht ook de oudste plaats is gelegen bij Boterbergen, maar ook de Raeybergh was toendertijd een beruchte plaats. De plaats bevond zich steeds vlakbij een postbaan, om vreemdelingen te verwittigen dat misdaad zwaar gestraft werd. Bovendien waren ze ook op een uithoek gelegen omdat niemand vlakbij zo’n akelige plaats wou wonen. De lijken bleven trouwens liggen tot ze totaal ontbonden waren.
“Het rad van Raeybergh” werd hier in 2012 opgericht, op een (flinke) boogscheut van de plaats waar het oorspronkelijk heeft gestaan. Lokale rechtbanken konden eeuwen geleden ook doodstraffen uitspreken en die werden uitgevoerd op locaties buiten de dorpen, zoals hier op Raaiberg. In 1340 zou Nout Goetlief geradbraakt zijn op “het rad van Raeybergh” en in 1767 was het de beurt aan Elias Breukeleer om hetzelfde lot te ondergaan. Aan hem is de symbolische grafsteen gewijd met de tekst: “Hier wier Elias Breukeleer gerugbraakt En den kop afgeslagen. Vur straf heeft hi de pine moeten verdraghen. Sin lijf ghebonden op ’t rad Vur craeyen en gieren. Een waarschuwinge vur den passant Met foute manieren!”

Grens nabij Horendonk


De strontpaal, een paal met een geschiedenis.


In de streek (Horendonk-Essen) wordt deze paal “De Strontpaal” genoemd, omdat vroeger, tijdens W.O.I, de douaniers van de nabij gelegen grenspost, tijdens hun velddienst, hun behoefte al eens deden achter deze paal. Ook werd bij deze tussenpaal in mei 1916 de beroemde smokkelaar Geert Schrauwen, bijgenaamd Klaveren Vrouwke, door Nederlandse grenswachters doodgeschoten. Klaveren Vrouwke was in de oorlog 14-18, tijdens de gouden tijden van de smokkelaars, een man die steeds anders vermomd, smokkelwaar over de grens bracht en tot ergernis van de grenswacht ongrijpbaar bleef. Nabij “De Strontpaal” is Klaveren Vrouwke op 5 mei 1916 dan toch doodgeschoten. Ter herinnering aan dit feit werden door een soldaat met zijn bajonet in de steen een kruis en de letters KV gekerfd. Begin de jaren 70 werd bij het uitdunnen van het bos het bovenste gedeelte van “De strontpaal” eraf gereden. Het stuk werd terug op zijn plaats gezet, maar deze arduinen paal werd echter gestolen. Later werd hij vervangen door een betonnen exemplaar. Dank zij enig speurwerk werd de oorspronkelijke strontpaal in 2004 teruggevonden. Hij stond in de achtertuin van een nazaat van Klaveren Vrouwke in St. Willebrord.

We wandelen verder richting Oud Buisse Heide.











Schrijfster en politica Henriette Roland Holst schonk de Oude Buisse Heide in 1945 aan Natuurmonumenten. Samen met haar man Richard Roland Holst, beeldend kunstenaar, verbleef ze hier in de zomermaanden om inspiratie op te doen. Henriette schreef de meeste van haar dichtbundels, biografieën en politieke boeken in dit gebied. Ze omschreef de plek met de woorden “zoo lieflijk, vredig en idyllisch bekoorlijk, dat elk mensch, die daar komt, door haar stilte, blije harmonie getroffen wordt.” In 1618 werd de langste watergang gegraven, de Turfvaart. Toen de turf in de loop van de tijd verdween, begonnen bewoners met landbouw en gingen er wonen. In deze tijd ontstonden de landgoederen Wallsteijn, De Moeren en de kern van de Oude Buisse Heide. Ze werden aangelegd op de drogere, zandige gronden. De Oude Buisse Heide is een van de grootste deelgebieden. De heide bestaat uit 200 hectare aan park- en stinzenbossen en landgoederenbossen met oude lanen. Op de Oude Buisse Heide zie je overal restanten van de turfgeschiedenis. Zo zie je de turfvaarten: lange, rechte kanalen waarin boten voeren om de brandstof in dorpen en steden af te leveren. Alle slootjes en vennen die je hier ziet, zijn tijdens eeuwen van turfafgravingen ontstaan.
Via de Buisse Heide komen we bij landgoed “De Moeren”.








Heidelibel

Landhuis “De Moeren”

In 1545 kocht Jan Snellen , burgemeester van Breda de eerste turfconcessies in de Beneden Moeren. In 1810 bouwde een van zijn nazaten, Govert van der Hoeven, het classicistische landhuis met Franse en Engelse stijlinvloeden. Bijzonder is de klokkentoren uit 1663, die afkomstig is van de in 1799 ontmantelde rechtbank van Wernhout, een van de hoogste gerechtsorganen in de Zuidelijke Nederlanden.
Boerderij/ herberg In den Anker uit 1673

Volgens de overlevering liet Peter van Bernagien daar in 1635 een huis bouwen. In het huis moet vanaf het begin een “heerkamer” aanwezig geweest zijn waar hij gebruik van mocht maken. Het ontginningsgebied en het huis kregen de naam “Het Anker”. Een naam die voor de hand lag omdat Peter van Bernagien eigenaar was van brouwerij “Het Ancker” te Breda. Later werd de boerderij/herberg eigendom van de familie Snellen. De windwijzer in de vorm van een hazewind op de schoorsteen van het huis, is ontleend aan het wapen van deze familie. In 1792 werd de herberg verkocht aan de toenmalige pachter. “In den Anker” is sinds 1861 in de rechte lijn eigendom van de fam. de Beer. Het ligt aan de Rucphenseweg: een vanouds doorgaande route tussen Zundert en Rucphen. Het moet er dan ook altijd een komen en gaan van passanten zijn geweest. Mensen die de herberg aandeden om even op verhaal te komen en zich verkwikten met bier, of zich de kou uit de botten joegen met een stevige borrel. Terwijl de voerman zijn brood verorberde konden de paarden genieten van hun welverdiende rust. In 1856 werd de Rucphenseweg officieel aangelegd als provinciale weg tussen Zundert en Rucphen. Geruime tijd was de herbergier van “In den Anker” tolgaarder van deze weg.
Met een bouwvallige boerderij langs in het laatste deel van deze etappe gaan we naar het eindpunt van deze wandeling.

Etappe Nispen – Moeren. Een wandeling van 21,8 km.

