Zuiderwaterlinie etappe – 4
Etappe 4 gaat van Dinteloord naar Willemstad.
We komen langs Fort de Hel en langs Fort Sabina. Fort Sabina is een van de grootste en meest intacte Brabantse forten. Verder wandelen we via de Anthoniegorzen en Volkeraksluizen richting Willemstad
De geschiedenis van Dinteloord begint kort na de inpoldering van het Prinsenland (ruwweg het gebied tussen de rivieren Vliet en Dintel) in het jaar 1605 en aangenomen wordt dat de stichting van Dinteloord kort hierna heeft plaatsgevonden
Hervormde kerk Dinteloord



N.H. Kerk. bouwwerk uit 1693 . Boven de ingang met natuurstenen omlijsting een nis, waarin een natuurstenen cartouche met opschrift: 1693, en het wapen van de koning-stadhouder Willem III die heer was van Dinteloord.


De route gaat via het dorp Oranjeoord richting Helwijk waar we het fort de Hel tegenkomen.
Fort De Hel tijdens de mobilisatie met poserende soldaten en twee houten keten op het terreplein.






De Fransen bouwden in 1811 Fort l’Enfer, ter verdediging van Willemstad tegen de Engelsen. Het vierkante fort gaf rugdekking aan Fort Sabina Henrica. Twee jaar later vertrokken de Fransen en kreeg het de Nederlandse naam De Hel. De Hollanders moderniseerden fort De Hel in Willemstad in 1884 zodat er 118 soldaten in konden. In 1896 is het fort bewapend met zes kanonnen, vier mortieren, twee mitrailleurs en vier Coehoornmortieren (dit is een draagbare mortier met zeer korte loop, kaliber ± 13 cm). Het fort is net als Fort Frederik en Fort Sabina gebouwd volgens de zogenoemde ‘Tour modèle’ stijl. Hier staan er slechts drie van in Nederland en allemaal in de Stelling van Willemstad.
De Sint Anthoniegorzen zijn al zo oud als het Hollands Diep is. Voor de aanleg van de Deltawerken waren eb en vloed heer en meester over de gorzen. Gorzen zijn stukken buitendijkse natuur. Door de aanleg van Philipsdam en Oesterdam werd het water zoet.








Sabinasluis
In de noordwesthoek van de Sabina Henrica polder verrees in 1811 het fort “de Ruijter”. Het fort kreeg in 1885 een inundatiesluis. Met deze sluis was het mogelijk om de Sabina Henricus polder onder water te zetten


In 1809 versterkten de Fransen hun kustverdediging, nadat de Engelsen tijdens de Walcherenexpeditie waren binnengevallen. In het kader hiervan werden aan weerszijden van het Hellegat twee forten gebouwd: Fort “De Ruijter” bij Willemstad en Fort “Duquesne” bij Ooltgensplaat. Het laatste fort was genoemd naar de Franse admiraal die tegenover De Ruyter stond in de Slag bij Agosta (1676).

Fort Sabina

Na het vertrek van de Fransen in 1813 werd het Fort “Duquesne” omgedoopt in Fort Prins Frederik. In 1913 werd het Fort “De Ruijter” eveneens omgedoopt, en wel in Fort Sabina Henrica, naar de Sabina Henricapolder waarin het gelegen was. Het fort was omringd door een aarden wal in de vorm van een onregelmatige vijfhoek, waarbinnen zich een Franse militaire toren bevond. Daarin kon 21 ton buskruit worden opgeslagen, terwijl het fort bezet werd door 69 manschappen. Het fort was omringd door een natte gracht.










Fort Sabina is één van de grootste en meest intacte Brabantse forten
Volkeraksluizen


De route gaat verder richting Willemstad.

Vlaakenhoek en het Zwanenmeer
Vroeger was dit een gorzengebied, gelegen aan het Volkerak. Met de bouw van het Hellegatsplein en de Volkeraksluizen, omstreeks 1967, was dit gebied, ten gevolge van kleiwinning en het opspuiten van zand, goeddeels verloren gegaan. Van 1979-1981werd hier bos aangeplant, er kwamen lanen en boomweiden, een moeras, en een waterpartij (het Zwanenmeer).

Willemstad behoorde van 1943-1944 met Ooltgensplaat op Flakkee tot een Stützpunktgruppe van de Atlantikwall. De taak was het beletten van de doorvaart van vijandelijke schepen. Dezelfde reden als Prins Willem van Oranje in 1583 had bij de aanleg van de vesting en Napoleon in 1811 bij de versterking en de bouw van forten. Om de geallieerde tanks de toegang tot Willemstad te beletten werd op de enige twee toegangswegen een atlantikmuur gebouwd van ongeveer 2 meter hoog. Eén bij de Landpoort en één op de Westdijk. De oude vestinggracht diende als antitankgracht.



De route gaat verder over de singel richting de voormalige landpoort.

Gedeelte van de uit drie delen bestaande vestinggracht. Dit is de gracht gelegen tussen het ravelijn en de stenen beer, welke een verbinding vormt tussen de dijk langs het Hollands Diep en de tegenover liggende courtine. Een courtine is een weermuur of verbindingswal tussen twee waltorens of twee bastions van een kasteel of vesting.



Het Ravelijn en de Landpoort in Willemstad maakten deel uit van de Zuidwaterlinie. Deze linie werd tijdens de 17e eeuw aangelegd. Een lange waterlinie met daar tussen forten die de vijand vanuit het zuiden zou moeten tegen houden. Deze verdedigingswerken waren voor en tijdens de Eerste Wereldoorlog in gebruik. Voor de Tweede Wereldoorlog werd de linie weer in gebruik genomen maar speelde geen rol van betekenis in de meidagen van 1940. Delen van de forten werden door de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog nog gebruikt.

Monument uit 1918. Het herinnert onder andere aan de afbraak in dat jaar van de Landpoort, gelegen in het vestingfront tussen de bastions Friesland en Overijssel. In het ravelijn liggen ook twee kanonslopen uit 1811.
Op de vier zijden van het monument staat een tekst, te weten:
wegzijde: MOBILISATIE 1914-1918 LEGER EN VOLK EEN! – gekruiste kanonslopen en kroontje – wapen Willemstad; Landpoortzijde: O. NEDERLAND! LET OP U SAECK DE TIJT EN STONT IS DAER! – gekruiste degens en olijftak – wapen Nederland; Grachtzijde: ONTHULT BIJ HET AFBREKEN VAN DE LANDPOORT. AUGUSTUS 1918. – helm, schop en houweel – wapen Willemstad; Landzijde: HET VADERLAND GETROUW TOT IN DEN DOOD – geweren en vaandels – wapen Nederland.
De route gaat verder met een wandeling over de wallen van Willemstad.

Het eerste bastion wat we tegenkomen is Bastion Friesland


Bastion Zeeland


Mauritshuis







Het Mauritshuis in Willemstad werd in 1623 gebouwd in opdracht van Prins Maurits, zoon van Willem van Oranje. Hij liet het gebouw bouwen van “eigen gelden” om te gebruiken als buitenverblijf en jachtslot. Het gebouw kreeg de naam Prinsenhof. Op 15 december 1973 is het gerestaureerde gebouw in gebruik genomen als stadhuis van de gemeente Willemstad. Ook werd het als eerbetoon aan prins Maurits voortaan het Mauritshuis genoemd.


Ter verdediging van de ingang van het Hollands Diep werden op de oude vestingswallen van Bastion Holland in Willemstad twee geschutskazematten van het type 669 gebouwd. Willemstad was in de Tweede Wereldoorlog een onderdeel van Stützpunktgruppe Ooltgensplaat van de Atlantikwall.







Halverwege de 16e eeuw ontstond in dit gebied het dorpje Ruigenhil. Ruigenhil kreeg in 1565 langzaamaan gestalte in de in dit gebied gelegen gors, die door Jan IV van Glymes, markies van Bergen op Zoom, was ingepolderd. Op 17 juni 1583 na de Slag bij Steenbergen namen de Spanjaarden Steenbergen in. Willem van Oranje liet Ruigenhil daarom versterken tot vesting. Na diens dood in 1584 verleende zijn zoon, Prins Maurits, de plaats in 1585 stadsrechten. Willems stad kreeg de officiële naam Willemstad. Prins Maurits liet de vesting uitbreiden tot zijn huidige vorm van een zevenpuntige ster. De bastions op de punten van de ster werden ieder genoemd naar een van de zeven provinciën die zich hadden verenigd in de strijd tegen Spanje. In eerste instantie telde de vesting vijf bastions en twee kleine forten. Ook werd in Willemstad een protestantse kerk gebouwd, de Koepelkerk (1607). Dit is de eerste voor de protestantse eredienst gebouwde kerk in Nederland.




Bastion Groningen


Etappe – 4 Dinteloord – Willemstad. Een wandeling van 19,3 km.
